Alkmaar · 17 juni 2024

Brandweer en HHNK slaan handen ineen

Brandweer en HHNK slaan handen ineen

De brandweer en het hoogheemraadschap gaan bij crises en calamiteiten meer samenwerken. Een pilot heeft uitgewezen dat de brandweer ons in operationeel opzicht goed kan ondersteunen. Aanleiding was de wateroverlast van drie jaar geleden. In korte tijd viel toen extreem veel regen. Een interview met de brandweer, Kees Jong (teamcommandant West-Friesland) en HHNK, Linda van Oostrum (afdelingshoofd CCB) en Odin Beerepoot (teamleider Onderhoud). 

Het is vrijdag 18 juni 2021 als een deel van ons werkgebied wordt getroffen door de eerste in een reeks van clusterbuien, die zich de rest van het weekeinde blijven voordoen. In een zone van 10 bij 50 kilometer valt in een paar dagen tijd meer dan 100 millimeter regen, soms 140 millimeter. Onder meer de regio Schagen (polder De Zijpe) en de omgeving van Alkmaar (Egmondermeer, Vennewaterspolder) krijgen de volle laag. 

Om de eigen schade te beperken, beginnen boeren dat weekend zelf water weg te pompen. Maar het systeem is niet voor iedereen duidelijk en zit afgeladen vol.

Gaandeweg het weekend zwelt de kritiek aan: gemalen en waterbergingsgebieden zijn onvoldoende om de wateroverlast op te lossen en agrariërs geven aan het hoogheemraadschap telefonisch slecht te kunnen bereiken.

Zorgen

In de periode daarna mengen ook burgemeesters zich in de discussie. “Daar is de eerste brug geslagen met de Veiligheidsregio en ons als brandweer”, zegt teamcommandant West-Friesland Kees Jong in de brandweerkazerne in Hoorn. “Een deel van de burgemeesters heeft ook in het bestuur van de Veiligheidsregio hun zorgen geuit. Er is toen een evaluatie geweest. En vervolgens zijn de directies van de Veiligheidsregio en HHNK met elkaar om tafel gegaan om te kijken of de brandweer het waterschap kan ondersteunen op momenten die daar om vragen.”

Tien jaar geleden zou het vermoedelijk nooit onmiddellijk tot zo’n concreet gesprek zijn gekomen, beaamt hij. “Maar het zijn andere tijden. We hebben te maken met een klimaatverandering die naar verwachting vaker voor maatschappelijke ontwrichting gaat zorgen. Het is een van de topics waarop de veiligheidsregio zich richting de toekomst volop voorbereidt: minder branden en een toename van andersoortige crises en veranderende hulpvragen uit de samenleving. Voor het waterschap waren de clusterbuien van 2021 een wake-up call, waaraan een vervolg is gegeven. Dat in de verkenning naar oplossingen de brandweer in beeld kwam, vind ik niet verwonderlijk. De problematiek van het waterschap draaide echt om capaciteit. En in dat opzicht hebben wij natuurlijk wel iets te bieden.”

Het is vrijdag 18 juni 2021 als een deel van ons werkgebied wordt getroffen door de eerste in een reeks van clusterbuien, die zich de rest van het weekeinde blijven voordoen. In een zone van 10 bij 50 kilometer valt in een paar dagen tijd meer dan 100 millimeter regen, soms 140 millimeter. Onder meer de regio Schagen (polder De Zijpe) en de omgeving van Alkmaar (Egmondermeer, Vennewaterspolder) krijgen de volle laag. 

Om de eigen schade te beperken, beginnen boeren dat weekend zelf water weg te pompen. Maar het systeem is niet voor iedereen duidelijk en zit afgeladen vol.

Gaandeweg het weekend zwelt de kritiek aan: gemalen en waterbergingsgebieden zijn onvoldoende om de wateroverlast op te lossen en agrariërs geven aan het hoogheemraadschap telefonisch slecht te kunnen bereiken.

Zorgen

In de periode daarna mengen ook burgemeesters zich in de discussie. “Daar is de eerste brug geslagen met de Veiligheidsregio en ons als brandweer”, zegt teamcommandant West-Friesland Kees Jong in de brandweerkazerne in Hoorn. “Een deel van de burgemeesters heeft ook in het bestuur van de Veiligheidsregio hun zorgen geuit. Er is toen een evaluatie geweest. En vervolgens zijn de directies van de Veiligheidsregio en HHNK met elkaar om tafel gegaan om te kijken of de brandweer het waterschap kan ondersteunen op momenten die daar om vragen.”

Tien jaar geleden zou het vermoedelijk nooit onmiddellijk tot zo’n concreet gesprek zijn gekomen, beaamt hij. “Maar het zijn andere tijden. We hebben te maken met een klimaatverandering die naar verwachting vaker voor maatschappelijke ontwrichting gaat zorgen. Het is een van de topics waarop de veiligheidsregio zich richting de toekomst volop voorbereidt: minder branden en een toename van andersoortige crises en veranderende hulpvragen uit de samenleving. Voor het waterschap waren de clusterbuien van 2021 een wake-up call, waaraan een vervolg is gegeven. Dat in de verkenning naar oplossingen de brandweer in beeld kwam, vind ik niet verwonderlijk. De problematiek van het waterschap draaide echt om capaciteit. En in dat opzicht hebben wij natuurlijk wel iets te bieden.”

Ontwikkelen

“Niettemin hebben de oefeningen voldoende handvatten opgeleverd om operationeel op voort te borduren”, zegt Odin Beerpoot. “En in dat verband zijn de inspanningen nu gericht op het formaliseren van de samenwerking”, vult Linda van Oostrum aan. “Elkaar blijven vinden en blijven oefenen is heel belangrijk. Voor ons vraagt dit een heel andere mindset. Wij zijn van nature een beheerorganisatie. Als de situatie daarom vraagt schieten we best snel door naar beheer-plus, maar in extreme situaties is iets anders nodig. Risicogericht denken, crisis-minded zijn: het zit nog niet altijd als vanzelfsprekend in ons DNA. We kunnen ons op bepaalde aspecten zeker nog ontwikkelen. Het onderhouden van ons netwerk is daarom zeer belangrijk en samenwerking cruciaal. Daar zijn we van doordrongen.”

“Je kunt beter aan de voorkant zitten”

De vrijwillige brandweer in Hem was een van de brandweerposten die deelnam aan het onderzoek naar de mogelijke samenwerking met HHNK. “Kees Jong heeft de vraag neergelegd, met de mededeling dat meedoen geheel vrijwillig was”, zegt postcommandant Martijn Visser. “Dus ik heb het op de wekelijkse oefenavond bij de rondvraag in de groep gegooid. Iedereen was voor. We hebben in Hem aan alle kanten dijken om ons heen. Je kunt wachten tot het water een keer over de dijk loopt, maar dan kun je beter aan de voorkant zitten. We hebben gekeken wat wij kunnen betekenen bij de dijkversterking. We hebben uitleg gehad hoe het waterschap dijken versterkt, hebben een rij gevormd en zijn aan de slag gegaan. Gaandeweg zie je dan al snel dat iedereen bezig is uit te vinden hoe dingen slimmer, sneller of efficiënter kunnen. De ploeg was enthousiast. Het is een ander soort actie. Het aantal branden wordt minder en dit zorgt ervoor dat we toch een hulpverleningstaak hebben. Hem ligt vlak bij het Markermeer, een groot deel van het gebied is afgeschermd door dijken. Dat maakt het voor ons heel tastbaar.”

“Moet je dit als brandweer willen?”

“Vooraf zaten wij met de vraag: hoe gaat dit vallen? Moeten we dit als brandweer wel willen?”, zegt teamcommandant Kees Jong van de brandweer. “Daarom hebben we gezegd: de posten zijn hier vrij in, mogen zelf beslissen. Dat is goed gelukt. Er hebben vier posten meegedaan. En in dit geval geldt: het zijn geen scenario’s waarin elke minuut telt. Dan heb ik liever een post die een kwartier verderop zit en graag wil, in plaats van een post om de hoek die met de hakken in het zand aanhaakt. Ook al zit een ploeg iets verder weg: we zijn er altijd sneller en met meer mensen dan HHNK zelf in korte tijd op de been kan brengen. Deze samenwerking haakt perfect in op de ambitie van HHNK juist op die onderdelen te versnellen en op te schalen.”

error: Content is protected !!