Vrijspraak voor verkrachting en ontuchtige handelingen met minderjarige in woongroep

De rechtbank Noord-Holland spreekt een 38-jarige begeleider van een woongroep in de gemeente Hollands Kroon wegens gebrek aan bewijs vrij van verkrachting en ontuchtige handelingen met een minderjarige logée die daar regelmatig verbleef. 

Beschuldiging

Het destijds 14-jarige meisje verklaarde dat zij na afloop van een feestje op de woongroep in oktober 2023 door de verdachte was verkracht. Rond middernacht werden de bewoners naar boven gestuurd om te gaan slapen. Daarna appte de verdachte het meisje dat ze naar beneden moest komen. De verdachte was daar met een vriend, die meerdere keren de woonkamer in- en uitging. Telkens als de vriend weg was, zou de verdachte op de bank en bij de tafel in de woonkamer vergaande seksuele handelingen met haar hebben verricht. 

Beslissing van de rechtbank

De rechtbank stelt vast dat het meisje bij verschillende verhoren in grote lijnen hetzelfde en over de seksuele handelingen gedetailleerd heeft verklaard. Maar de rechtbank vindt het niet aannemelijk dat de verdachte verschillende en vergaande seksuele handelingen met haar kon verrichten zonder dat de vriend iets heeft gemerkt.

Om bij zedenzaken tot een veroordeling te komen, is alleen een verklaring van een slachtoffer niet voldoende. Er moet bewijs zijn dat de verklaring ondersteunt. De rechtbank vindt dat dat bewijs er in deze zaak onvoldoende is. Zo verklaarde de vriend van de verdachte die in de nacht aanwezig was, dat hij het meisje na middernacht niet meer heeft gezien. En een vriendin die zij vroeg in de ochtend belde, twijfelde over haar berichten. Het meisje heeft niet meegewerkt aan een forensisch medisch onderzoek. Op haar string is wel DNA van de verdachte gevonden, maar geen sporen van sperma.

De rechtbank spreekt de verdachte daarom vrij van de beschuldigingen.