Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) deed vorig jaar een voorstel voor een vergunningplicht in de Waterschapsverordening 2025, om bij ophoging van de 5-10% van laaggelegen percelen in polders een compensatieplicht in te stellen voor het verlies van het waterbergend vermogen. Als dergelijke locaties verdwijnen door ophoging, dan verschuift het wateroverlastrisico binnen een polder. Risico’s worden daarmee afgewenteld naar andere percelen, de voorspelbaarheid van risico’s verdwijnt en risico’s kunnen zelfs toenemen. Dat wil het hoogheemraadschap voorkomen.
Het voorstel in 2024 leverde ruim 300 zienswijzen op, waarna het dagelijks bestuur besloot de maatregel terug te trekken uit de verordening voor 2025. Het hoogheemraadschap benut 2025 om met de verschillende belanghebbenden in gesprek te gaan over de wijze waarop invulling gegeven kan worden aan de maatregel. Nut en noodzaak van de maatregel blijven echter onveranderd.
Extreme regenbuien komen steeds vaker voor, met als gevolg dat regenwater tijdelijk op, meestal laaggelegen, percelen blijft staan. Grond in het gebied van HHNK wordt onder andere opgehoogd vanwege de energietransitie en voor woningbouw.
Zo verschuift het wateroverlastrisico naar naastgelegen percelen en dat is onwenselijk. HHNK wil ervoor zorgen dat een polder voldoende waterbergend vermogen behoudt. Daarom is het nodig om voorwaarden te stellen aan de ophoging van percelen.
Scenario’s
Het hoogheemraadschap heeft verschillende scenario’s uitgewerkt om invulling te geven aan de maatregel ‘Ophogen = compenseren’. Deze scenario’s geven richting en zijn geen vaststaand feit. HHNK organiseert gesprekken met o.a. gemeenten en koepelorganisaties van verschillende sectoren om de voor- en nadelen van elk scenario in beeld te brengen en deze te toetsen op doelmatigheid, uitlegbaarheid, uitvoerbaarheid en draagvlak. Voor overige belanghebbenden organiseert HHNK een aantal bijeenkomsten. Aanmelden voor een bijeenkomst kan via de website: www.hhnk.nl/waterschapsverordening.
Eind 2025 vindt op basis van de opgehaalde reacties de besluitvorming plaats over het voorkeursscenario. Dat wordt vervolgens ingebracht in de inspraakprocedure voor de wijziging Waterschapsverordening 2027.