We merken het soms nauwelijks, maar elke seconde van de dag hangen we aan een digitale navelstreng. Bankieren, e-mails, OV-informatie, streaming, werk, zorg, zelfs onze thermostaat: vrijwel alles draait via het internet. Maar stel dat het op een ochtend in heel Nederland en Vlaanderen of zelfs wereldwijd in een klap verdwijnt. Geen wifi, geen 4G of 5G, geen Google, geen WhatsApp, nergens verbinding.
Het klinkt als een rampenfilm, maar het is een relevant gedachte-experiment. Niet omdat de kans op een totale wereldwijde uitval groot is – integendeel – maar omdat onze afhankelijkheid groter is dan ooit. Kleine storingen komen immers wél voor, met soms enorme impact. Wat gebeurt er dus als een groot incident plaatsvindt? En hoe voorbereid zijn wij in Nederland?
Dit artikel schetst een realistisch scenario, met inzichten over digitale weerbaarheid en praktische stappen die men nú al kan zetten.
Het internet is geen wolkje
Veel mensen denken bij ‘internet’ aan iets ongrijpbaars, alsof het in de lucht hangt. In werkelijkheid is het een gigantisch netwerk van glasvezelkabels, routers, datacenters en onderzeese verbindingen – fysieke infrastructuur die verrassend kwetsbaar kan zijn. Nederland is daarin een wereldwijd knooppunt. Met de AMS-IX in Amsterdam hebben we één van de drukste internetknooppunten ter wereld. Daarnaast lopen er tientallen internationale glasvezels via Noord-Holland en Groningen de zee in. Een flink deel van de Europese datastromen komt door Nederland heen.
Dat maakt ons belangrijk – en kwetsbaar. Een kapotte router dat het thuisnetwerk verbindt met het internet en ervoor zorgt dat gegevens correct worden doorgestuurd naar de juiste bestemming of menselijke fout kan grote stukken van het web verstoren. Dat gebeurde ook in Nederland; denk aan de Oxxio-storing (2019): verkeerd ingestelde DNS-servers legden digitale diensten plat. Of NL-Alert dat in (2012, 2015, 2022) faalde en verhinderde een storing in mobiele netwerken noodberichten of de KPN-hack (2012) waardoor het volledige netwerk een risico liep door een 17-jarige hacker.
Geen van die situaties veroorzaakte een totale digitale black-out, maar ze tonen aan hoe snel het mis kan gaan, hoe kwetsbaar we zijn.
De eerste uren: Nederland in verwarring
Je wordt wakker – je wifi doet niets meer. Je smartphone toont ´geen service´. De router knippert vreemd. Je denkt nog: ‘dan maar 4G’, maar ook dat werkt niet. Op de radio melden nieuwslezers dat er mogelijk een grote internationale storing is. In Nederland valt het betalingsverkeer stil doordat PIN-betalingen via Maestro, Debit Mastercard en iDEAL niet meer werken. Supermarkten kunnen geen transacties meer verwerken. Contant geld wordt plotseling cruciaal, maar veel mensen hebben dat niet (meer) in huis. Geldautomaten werken beperkt omdat veel ervan via beveiligde internetlijnen worden aangestuurd.
De treinen rijden meestal door maar de NS-app werkt niet meer. Reisinformatie op perrons valt weg en OV-chipkaarttransacties kunnen haperen. Een déjà-vu van de treinchaos van 2022 toen het gehele NS-proces door een IT-storing stilviel.
Nederland heeft relatief veel slimme huizen, dus slimme apparatuur, zoals Cloud thermostaten (Google Nest), slimme lampen (HUE), beveiligingscamera’s en slimme deursloten. Een deel blijft lokaal werken; veel echter niet. Je kunt de kachel niet hoger zetten en sommige alarmsystemen schakelen in ‘offline-modus’ of gaan zelfs af.
Werk en onderwijs komen tot stilstand omdat men na een uur ziet dat op kantoor de e-mails niet meer binnenkomen, dat Jitsi, Teams en Zoom niet werken, dat de servers niet reageren en dat de bestanden in de cloud onbereikbaar zijn.
Werken ‘zoals vroeger’ is voor de meeste bedrijven simpelweg geen optie meer.
Dag twee: paniek maakt plaats voor improvisatie
Wanneer duidelijk wordt dat het geen korte storing is, ontstaan grotere problemen. De logistiek loopt vast doordat Nederland afhankelijk is van just-in-time bevoorrading. Zonder internet kunnen de distributiecentra niet bepalen waar de producten naartoe moeten, krijgen vrachtwagens geen digitale routes, ontvangen supermarkten geen leveringsinformatie en blijven apotheken zonder medicijnbestellingen.
De media veranderen. Er is geen streaming, geen sociale media en geen pushmeldingen. Toch blijft de radio goed werken. Sterker nog, de overheid kan burgers via FM en DAB+ (digitale radio via de ether),op een effectieve manier bereiken.
Mensen schakelen over door te zoeken naar contant geld, briefjes op te hangen, lokale informatiepunten op te zetten, te bellen met vaste lijnen en papieren agenda’s te gebruiken.
Veel mensen zullen herkennen hoe snel we terugvallen op ‘de oude methoden’ – die nog steeds uitstekend functioneren.
Wat werkt nog wel?
Traditionele radio- en televisieomroepen maken gebruik van kabel, ether en satelliet in plaats van het internet. Een gedeeld mobiel netwerk is in staat tot het uitvoeren van basaal spraakverkeer zolang de masten stroom hebben. Mobiele dataverbindingen werken echter nauwelijks zonder de centrale internetknooppunten. Satellietdiensten worden onder andere ingezet voor maritieme communicatie, luchtvaart en satelliettelefoons, met systemen zoals Iridium en Starlink. Het is belangrijk op te merken dat ook Starlink afhankelijk is van grondstations en dus geen volledige oplossing op zichzelf vormt. Op lokaal niveau blijven computernetwerken zoals een NAS (Network Attached Storage) in huis en interne servers op kantoor vaak operationeel, meestal binnen het lokale netwerk.
Hoe realistisch is een totale wereldwijde uitval?
Eerlijk antwoord: niet erg. Het internet is ontworpen zonder ‘centrale uitknop’. Dat maakt het robuust. Maar regionale of nationale uitval? Die kans is reëel. Mogelijke oorzaken kunnen zijn cyberaanvallen op kritieke infrastructuur, zoals ransomware-aanvallen (een hack die een computer of gegevens blokkeert en geld vraagt om te ontgrendelen) of aanvallen op routers. Nederlandse waterbedrijven en gemeenten worden hier regelmatig het doel van. Foutieve software-updates kunnen eveneens grote problemen veroorzaken, zoals de wereldwijde CrowdStrike-crash in 2024 die miljoenen Windows-systemen platlegde. Dit soort incidenten kunnen ook met netwerkapparatuur gebeuren. Daarnaast kunnen beschadigingen van onderzeese kabels grote gevolgen hebben; in 2022 raakten drie Noord-Europese kabels tegelijkertijd beschadigd, en in 2023 gebeurde hetzelfde bij Frankrijk en Spanje. Tot slot kunnen extreme zonne-stormen satellieten verstoren en transmissienetwerken ontregelen, wat de communicatie en infrastructuur ernstig kan beïnvloeden.
Wat betekent dit voor de consument?
Digitale veerkracht is niet alleen iets voor bedrijven of overheden. Ook thuis kun je enorm veel problemen voorkomen met enkele eenvoudige gewoontes. Bewaar belangrijke bestanden ook lokaal.Maak een offline back-up op een externe schijf. Gebruik een NAS voor lokale opslag. Download belangrijke documenten (ID-scans, verzekeringen, wachtwoorden) gecodeerd naar een offline medium.
Noteer als noodinformatie de telefoonnummers van familie, polisnummers van verzekeringen, zorggegevens, noodnummers (huisarts, 112 kan overbelast raken) en adressen van belangrijke locaties, instellingen, organisaties en personen ook op papier.
Zorg dat je wat contant geld in huis hebt want de PIN-automaat werkt niet bij grote storingen. Daarnaast is het belangrijk om de basiskennis van offline functioneren aan te leren.Zoals het navigeren zonder Apps, de beschikking over een papieren agenda/kaart, weet hoe apparaten handmatig in zijn te stellen en denk aan alternatieve communicatiemiddelen (bijv. portofoons walky talky). Weet ook hoe router, modem en hardware lokaal functioneren.
De les: de wereld stopt niet, maar wordt trager
Bij een grote internetstoring vallen geen vliegtuigen uit de lucht en stopt de samenleving niet volledig – maar het ritme verandert abrupt. Het wordt stiller, langzamer, minder efficiënt. Mensen grijpen terug op oude gewoonten, en dat werkt verrassend goed.
Zodra het internet terugkomt – en dat gebeurt vrijwel altijd binnen uren of dagen – pakken we massaal onze telefoons en ademen we opgelucht uit. Maar het besef dat onze afhankelijkheid enorm is, blijft hangen.
Digitale onafhankelijkheid is geen nostalgie, maar noodzaak. Een paar eenvoudige voorbereidingen maken een wereld van verschil. De HCC kan daar het voortouw in nemen: kennis delen, anderen helpen en zelf net iets beter voorbereid zijn dan de gemiddelde Nederlander.
Want één ding is zeker: de wereld vergaat niet als het internet uitvalt.
Maar hij verandert wél – al is het maar even – in een wereld zonder verbinding.
HCC
HCC telt 33.000 leden in Nederland en Vlaanderen en is in 2025 nog steeds dé ontmoetingsplek voor iedereen met een passie voor digitale technologie. Van beginner tot expert, van Apple tot opensource, van retrocomputers tot futuristische gadgets: leden delen hun interesse in o.a. computers, software, netwerken, programmeren, stamboomonderzoek, fotografie, drones, robotica, kunstmatige intelligentie AI, beleggen, robotica, flightsimulators en modelspoorbanen
HCC helpt gebruikers meer uit hun apparaten te halen en biedt via websites, bijeenkomsten, forums, nieuwsbrieven en kennisdagen een inspirerende omgeving om kennis te delen en nieuwe vaardigheden te ontwikkelen.
